Doorgaan naar artikel

Het opbouwen en onderhouden van een goede reputatie en naamsbekendheid als professional of onderneming is essentieel om succes op te korte en lange termijn te garanderen. Een belangrijk aspect hierbij is communicatie.

Er bestaan heel wat manieren waarop je communicatie en het opbouwen van een goede reputatie en relatie met klanten kunt realiseren. Eén daarvan is het communicatiemodel van Lasswell. Wat is het communicatiemodel van Lasswell precies en wat houdt het in?

Wat is het communicatiemodel van Lasswell?

Het communicatiemodel van Lasswell is gebaseerd op de theorieën en inzichten van Harold Lasswell, een Amerikaanse psycholoog en socioloog die al in 1948 zijn leer in een praktisch bruikbaar model goot.

Het model beschrijft in feite wie iets zegt, wat er gezegd wordt, welk kanaal gebruikt wordt om de boodschap over te brengen, wie de ontvanger is van de boodschap en wat het effect van de boodschap is.

Tegenwoordig is het communicatiemodel van Lasswell nog altijd één van de meest gebruikte modellen in bedrijven, de communicatiewetenschap en PR. Het gaat om een wijd toepasbaar zender-ontvanger model met een klassieke basis, die in heel wat sectoren en situaties zijn meerwaarde bewijst.

De vijf componenten van het communicatiemodel van Lasswell

Het communicatiemodel van Lasswell heeft eigenlijk vooral betrekking op zogenaamde verbale communicatie en omvat vijf componenten of stappen. Het gaat om een lineair actiemodel dat in essentie een proces beschrijft in communicatie met één richting. De eenvoud van het model maakt het een uiterst flexibele methode en is daarmee één van de meest gangbare communicatiemodellen.

De vijf componenten van het model vormen handvatten voor de analyse en evaluatie van het communicatieproces. De vragen die tot dat model behoren zijn:

  • Wie?
  • Wat?
  • Welk kanaal?
  • Aan wie?
  • Met welk effect?

De antwoorden op deze vragen geven uiteindelijk inzicht in de manier waarop personen of bedrijven met elkaar communiceren. Hieronder gaan we dieper in op de 5 basisvragen van het model en wat ze precies inhouden.

1. Wie?

Bij ‘wie’ hebben we het natuurlijk over de zender of communicator, die een boodschap uitspreekt of formuleert en daarna verspreidt. Het kan gaan om de initiële opsteller van de boodschap, maar evengoed een tussenpersoon.

Analyse: we hebben het over een controle- en besturingsanalyse, waarmee de zender de macht krijgt om te communiceren met een andere partij.

2. Wat?

Bij ‘wat’ denken we aan de inhoud van de boodschap of het bericht van de zender of communicator.

Analyse: als we het ‘wat’ van dit model onderzoeken, dan zien we dat er een relatie bestaat met het doel van het bericht of de eventuele bijbedoeling ervan.

3. Welk kanaal?

Bij ‘kanaal’ gaat het dan weer over de media of het medium dat de verzender gebruikt om zijn of haar boodschap te verspreiden. Dit medium kan uit verscheidene communicatiemiddelen bestaan, zoals sociale media, een dagblad of radio.

Analyse: analyseren we de gebruikte media? Dan komen we erachter welk medium het best geschikt is voor het zo duidelijk mogelijk overdragen van de boodschap aan de ontvanger.

4. Aan wie?

‘Aan wie’ heeft betrekking op de ontvanger(s) van de boodschap. Het kan hierbij gaan om een enkel individu, maar evengoed een complete doelgroep (zoals dat bij massacommunicatie vaak het geval is). Een ander woord daarvoor is publiek.

Analyse: de analyse van media en publiek geeft duidelijke weer welk medium het best geschikt is voor de overdracht van de boodschap aan de doelgroep, zo duidelijk en doeltreffend mogelijk.

5. Welk effect?

‘Effect’ slaat ten slotte op de uitkomst van het verstuurde bericht en wat de bijkomende, eventueel indirecte gevolgen zijn. Hierbij onderzoekt men vaak de zogenaamde attitudedriehoek met de aspecten ‘kennis, houding en gedrag’. Op basis daarvan kun je de gewenste of verwachte uitkomst beter omschrijven.

Analyse: eigenlijk begint de analyse van het effect al van bij het begin van het model. Zo is het gemakkelijker om een boodschap op te stellen die de doelgroep aanspreekt en dus ook het gewenste effect teweegbrengt.

Het communicatiemodel van Lasswell voor bedrijven

Communicatie binnen bedrijven houdt logischerwijs meer in dan enkel het lineaire model van Lasswell. Als het gaat om organisaties die op communicatieadvies vertrouwen, dan kan dit model zeker goede resultaten opleveren op basis van de antwoorden op de vijf basisvragen en analyse van de uitkomsten.

Het resultaat is dat een adviseur voor communicatie binnen bedrijven of een marketingspecialist beter zicht heeft op de beste campagnes voor dat specifieke bedrijf. Welke boodschap wordt er via welke kanalen verzonden, door wie, voor wie en wat is het effect daarvan?

De nogal theoretische basis van het Communicatiemodel van Lasswell is in de praktijk moeilijk te interpreteren. Daarom geven we hieronder een voorbeeld van hoe dat model werkt.

Een voorbeeld van het communicatiemodel van Lasswell

Stel, een parfumerieketen wil meer jonge vrouwen aanspreken, tussen de 15 en 25 jaar. Op dit moment is hun collectie vooral in trek bij vrouwen tussen de 25 en 55 jaar.

Onderzoek wijst uit dat jongere vrouwen en meisjes ook geïnteresseerd zijn in de producten die ze bieden zoals make-up of parfums, maar dat deze doelgroep liever online winkelt.

De uitdaging

De parfumerieketen beperkte zich tot nu toe vooral in offline marketing, maar het communicatiemodel van Lasswell kan helpen om ook online de juiste potentiële consumenten aan te trekken. Hieronder een uiteenzetting van elk van de vijf componenten van dit model, toegepast op deze onderneming voor de ontwikkeling van een campagne:

1. Wie communiceert?

In dit geval gaat het om de keten zelf, die zichzelf als een moderne onderneming wil voorstellen met dus ook een online aanbod.

2. Wat is de boodschap?

De belangrijkste boodschap is dat de keten nu ook online producten aanbiedt en daarbij op sociale media actief is. Het online aanbod gaat van make-up tot parfums van tal van vooraanstaande merken. Andere belangrijke boodschappen kunnen zijn:

  • Bestellingen aan huis zijn mogelijk
  • 24-uurs levering

Bij het bepalen van de ‘wat’ in dit geval, is het belangrijk dat het taalgebruik afgestemd wordt op de doelgroep. Omdat het jongere vrouwen en meisjes zijn is het gebruik van een informele aanspreekvorm (je of jij) beter, aangezien dit moderner overkomt.

3. Welk kanaal?

De parfumerieketen kan billboards en andere fysieke reclamemogelijkheden gebruiken, maar evengoed online advertenties op Facebook en sociale media, zoals Facebook en Instagram. Want hier brengen jonge vrouwen en meisjes veel tijd door.

4. Voor wie is de boodschap precies bedoeld?

Zoals gezegd is de boodschap gericht op jonge vrouwen en meisjes van 15 tot 25 jaar die graag online winkelen.

5. Welk effect moet de boodschap precies hebben?

Het uiteindelijke doel is dat de jongere doelgroep producten aankoopt via de webshop of zich aanmelden voor een nieuwsbrief. Dit laatste maakt het voor het bedrijf eenvoudiger om in contact te blijven met deze doelgroep wat de kans op een online aankoop in de toekomst vergroot.

Het communicatiemodel van Lasswell voor een succesvolle reclamecampagne

Het communicatiemodel van Lasswell was initieel bedoeld voor de analyse van massacommunicatie, maar het bewijst ook een handige basis te zijn voor interpersoonlijke vormen van communicatie en doelgroepcommunicatie. In de tijd dat Lasswell zijn theorie in de praktijk bracht, bestonden nog maar enkele kanalen van communicatie, zoals de televisie, kranten en radio.

Tegenwoordig gebruiken bedrijven het model ook voor de analyse van communicatie op grootschalig niveau, waardoor het een onmisbare tool is voor bedrijven die hun campagnevoering willen verbeteren.

Zie ook:

Hulp nodig met analyse van je communicatie?

Heb je hulp nodig bij jouw communicatie of campagne? Neem dan contact met ons op, wij helpen je graag!

Begrippenlijst

Terug naar boven
nl_NL