Door Jannelieke Aalstein
De afgelopen maanden is er al veel gezegd en geschreven over Qatar als gastland voor het WK voetbal. Over de arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden van werkers die de stadions bouwden, over de (ontbrekende) mensenrechten in Qatar, over het al dan niet toestaan van alcohol en meer. Qatar had o.i. nooit als optie in het mandje moeten zitten, als je ziet waar we na de loting allemaal over struikelen en ons boos over maken. Maar dat is een ander onderwerp.
Als besluiten eenmaal zijn genomen, is het een volgende stap om proactief te bepalen hoe je je daartoe verhoudt. Welke hobbels je voorziet en hoe je daar dan mee om wilt gaan. Welke boodschap je uit wilt dragen, op welke wijze dan ook. Dat we als Nederland op dat vlak bovenal reactief en meebuigend lijken te handelen, stelt teleur en stemt tot nadenken. Waar sommige andere landen zoeken naar nieuwe wegen om zaken toch aan te kaarten, lijken wij – in ieder geval op dit vlak – onze voorlopersrol en “in Nederland mag iedereen zichzelf zijn” mentaliteit steeds meer kwijt te raken.
Was het te verwachten dat Qatar in de laatste dagen voor de start van het WK nog met aanscherping van zaken zou komen? Ja. Was het te verwachten dat de FIFA alles in het werk zou stellen om hun keuze te rechtvaardigen en dus Qatar tegemoet te komen op vlakken waar het bleef schuren? Ja. Had dit voor de KNVB en de Nederlandse overheid al veel eerdere aanleiding kunnen of moeten zijn om proactief na te denken over manieren om ons als land toch uit te kunnen spreken? Ook ja, wat ons betreft.
Accepteren dat Van Dijk de aanvoerdersband niet draagt, omdat hij geen gele kaart wil riskeren is ergens te begrijpen. Maar stopt daarmee het proces? Is er geen alternatief bedacht, geen andere manier om zichtbaar te maken hoe we als Nederland alsnog aan kunnen kaarten wat we vinden van gelijkheid en inclusie, van mensenrechten? Is er bijvoorbeeld overwogen om dan het hele team een One Love band te laten dragen? Om de trainers en de coach een specifieke uiting te laten doen? Om buiten het veld op andere wijze het gesprek op gang te brengen? Om – net als de dappere spelers van Iran – niet mee te zingen tijdens het volkslied? Om – net als het Duitse team – de hand voor de mond te houden tijdens het volkslied? Of om – net als de Belgische ploeg – het woord Love in de shirts te drukken? Zijn de spelers zelf uitgedaagd om ruimte te nemen om zich op andere wijzen uit te spreken? De sponsoren? Of zegt het eigenlijk wel veel, dat de KNVB zelfs in Nederland voorlopig de stekker uit de One Love campagne heeft getrokken?
Geloven in gelijke rechten en ruimte voor iedereen ís geen marketing stunt, geen kleurrijke, eenmalige uiting en verder niets. Het is een basishouding die je aanneemt, een keuze die je maakt, een issue dat je in volle overtuiging omarmt. Of niet. Maar de keuze die je maakt heeft consequenties; wanneer de ene weg doodloopt, heeft een goed voorbereide en overtuigd aanhanger van die keuze al lang nagedacht over alternatieven. Wij noemen dat issue management; nadenken over stappen die wellicht gaan komen en over hoe je je daartoe wilt verhouden. Pak je de lead of leg je je erbij neer? Waar zie of creëer je ruimte voor burgerlijke ongehoorzaamheid? Samen met welke stakeholders of partners kun je op andere wijze agenderen? Hoe kun je het legioen activeren? Welke “risico’s” ben je bereid te nemen, omdat je écht gelooft dat gelijke rechten belangrijk zijn?
Het is te hopen dat de KNVB vanaf nu een nieuwe route kiest en daar overtuigd aan vasthoudt, ook als het schuurt of moeilijk wordt. Want als zij het op dit vlak al niet doen, wie is dan de issue eigenaar?